Financieel beeld

Het raadsvoorstel “Actualisatie Begroting 2017” alsmede het raadsvoorstel Voorjaarsnota 2018, waarin onder andere de  technische uitgangspunten begroting 2018” en het voorgenomen nieuw beleid 2018 zijn opgenomen, is het startpunt geweest voor het opstellen van de begroting 2018. De financiële vertaling van deze kaders heeft geresulteerd in de volgende financiële uitkomst:

(Bedragen x € 1.000)

2018

2019

2020

2021

Bestaand beleid

4.877

4.957

3.766

3.468

Nieuw beleid

4.750

4.600

3.300

3.300

Stelpost actualisatie Begroting 2018

127

127

127

127

Concept Begroting 2018

-

230

339

41

Bestaand beleid
Het saldo bestaand beleid 2018 van de concept Begroting 2018 komt € 2,2 miljoen voordeliger uit dan de uitkomst gepresenteerd in de Voorjaarsnota 2018 (Bestaand beleid 2018 € 4,9 miljoen minus Voorjaarsnota 2018 € 2,7 miljoen). De belangrijkste oorzaken van deze verbetering zijn:

  • Algemene uitkering

8,7

miljoen

  • Tariefstijging OZB

1,0

miljoen

  • Pensioenpremie

-0,9

miljoen

  • CAO lonen

-1,9

miljoen

  • Loonkosten gebonden subsidies

-1,0

miljoen

  • Prijsontwikkeling

-1,5

miljoen

  • Overige

-2,2

miljoen

2,2

miljoen

In de financiële positie van deze begroting worden deze posten nader toegelicht.

Nieuw beleid
De voorjaarsnota 2018 gaf inzicht in de inhoudelijke keuze van ons college met betrekking tot het nieuw beleid. De voorjaarsnota 2018 gaf geen kwantificering van de voorstellen nieuw beleid. Bij de uitwerking van de Begroting 2018 hebben we dit uiteraard wel gedaan. We stellen voor tot een bedrag van € 4,8 miljoen in 2018 tot € 3,3 miljoen in 2021 voor nieuw beleid te verwerken in de Begroting 2018. In de financiële positie van deze begroting kunt u een opsomming en toelichting van het nieuw beleid vinden.

Meerjarig beeld
De meerjarencijfers lopen terug van € 4,9 miljoen in 2018 naar € 3,5 miljoen in 2021. In 2019 zien we een iets positiever beeld dan in het basisjaar 2018. Dit heeft onder andere te maken met het vrijvallen van het nieuw beleid 2016 en met het wegvallen van de herindelingsuitkering die we in 2018 voor het laatst ontvangen.
De negatieve ontwikkeling in 2020 en 2021 is vooral toe te schrijven aan het ontvangen van de laatste tranche van de verkoopopbrengst HNG van € 0,4 miljoen en een lagere renteopbrengst van Enexis van € 0,9 miljoen als gevolg van het aflossen van een lening. De tekorten worden structureel opgevangen door minder nieuw beleid in die jaren.

Woonlasten ontwikkeling

Een van de uitgangspunten van ons tarievenbeleid is te voorkomen dat de woonlasten in onze gemeente worden verhoogd anders dan met een inflatiecorrectie. Onder woonlasten worden in dit verband verstaan: OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing.
Afhankelijk van de WOZ-waarde stijgen de woonlasten voor woningeigenaren licht (een stijging van 0,27% tot 1,02%). De woonlasten voor huurders dalen met 1,64%. Dit is in alle gevallen minder dan de inflatiecorrectie van 2,86%. De lokale lastendruk voor een bedrijf stijgt met de inflatiecorrectie (2,8%)  ten opzichte van 2017.

Structuurfonds

Gelijktijdig met deze begroting ligt het raadsvoorstel Zwemwater West voor. Indien u instemt met dit raadsvoorstel wordt het project opgenomen in de verkenningsfase van het structuurfonds.